Cyberwoordenboek – januari

Van Aanval tot Zero-Day, van Achterdeur tot Worm, van Open Source tot Penetratietest. Wat al deze woorden gemeenschappelijk hebben? Ze staan allemaal in het Cybersecurity Woordenboek, het cyberneefje van de Dikke Van Dale, een soort Dikke Digitale. Het digitale domein verovert in rap tempo terrein, maar de bijbehorende taal is voor lang niet iedereen begrijpelijk. Er was dringend behoefte aan een speciaal woordenboek. Onder leiding van Cyberveilig Nederland werkten ruim 60 organisaties, overheidspartijen en private partijen mee aan de samenstelling van het woordenboek. Op deze website leggen we iedere maand drie termen uit, deze keer de volgende:

Cyberspionage

Het binnendringen van digitale systemen om vertrouwelijke informatie te verkrijgen. Het gaat meestal om strategische, economische of militaire informatie. Meestal zijn het bedrijven of staten die aan cyberspionage doen.

Internet of Things

Apparaten die via het internet verbonden zijn en informatie kunnen uitwisselen, zoals thermostaten, koelkasten en auto’s.

Worm

Kwaadaardige computercode die zichzelf zonder tussenkomst van een mens vermenigvuldigt en verspreidt over verschillende digitale systemen. Bekende voorbeelden van wormen zijn Wannacry en Notpetya.

Meer informatie

Ken je alle drie de termen? Dan ben je in ieder geval een beetje op de hoogte van de ‘digitaal’. Niet? Dan is het misschien tijd om het woordenboek eens door te bladeren. Dat kan op de website van de Digital Trust Center. Veel succes!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *